Het Andere Geslacht volgens Jean-Jacques De Gucht.
“Ik begrijp niet dat er mannen zijn die flauwvallen bij de geboorte van hun kind. Op zo’n moment gaat er maar één ding door je hoofd: hopelijk gaat het goed met mijn zoon en met mijn vrouw, die enorm pijn lijdt. Het enige wat ik kon doen, was met een washandje op Charlottes voorhoofd deppen en voor wat verkoeling zorgen. De dag van de bevalling – tien dagen voor de uitgerekende datum – zijn we nog naar haar grootvader gefietst en wat later zijn we naar het ziekenhuis gegaan omdat ze zich niet echt goed voelde. We kwamen toe in het ziekenhuis en moesten direct naar de verloskamer: ‘Mevrouw, u bent in volle arbeid!’ Drie kwartier later was Jack er. Je hebt ook vrouwen die ongelooflijk afzien tijdens een zwangerschap en de bevalling: chapeau voor hen. Dan ben ik blij dat ik een man ben.”
“Vrouwen krijgen kinderen en mannen niet, en mannen kunnen geen borstvoeding geven. Dat is een biologisch verschil, maar dat maakt je niet écht verschillend als mensen, vind ik. ’s Nachts sta ik op om Jack te verversen en breng ik hem tot bij Charlotte zodat ze borstvoeding kan geven. Vroeger was ik bang om baby’s vast te pakken, maar vanaf het moment dat je die navelstring doorknipt – ook iets raars – en je je kind in je handen krijgt, ben je daarmee weg. Hetzelfde met luiers verversen. Ik dacht dat ik dat vies zou vinden, maar ik heb me daar totaal niet moeten overzetten, dat was meteen de normaalste zaak van de wereld.”
“Ik denk dat de verschillen tussen individuen onderling meestal groter zijn dan die tussen mannen en vrouwen. Vroeger heerste het idee van de hysterische vrouw en de rationele man, maar dat is al lang achterhaald. Misschien zijn vrouwen iets zorgzamer en tederder, maar ik ken evengoed vrouwen die niet teder zijn. Misschien nog een verschil, al komt dit misschien seksistisch over. Ik denk dat vrouwen in werksituaties, zowel in de politiek als daarbuiten, beter overweg kunnen met mannen dan met vrouwen. Vriendinnen van mij geven rapper af op een vrouwelijke baas dan op een mannelijke en ze hebben de neiging persoonlijker te worden in hun verwijten.”
“Hoe meer mannen en vrouwen economisch naar elkaar toegroeien, hoe meer ze op sociaal vlak naar elkaar toegroeien. Toen vrouwen nog financieel afhankelijk waren van mannen, was het gemakkelijker voor mannen om te domineren. Als een vrouw kan zeggen: ‘Ik pak mijn valies en ben weg’, zonder daar financieel van af te zien, of toch niet meer dan de man, neem je een deel van de dominantie weg. Ik vind dat zó belangrijk, economische onafhankelijkheid. Het mag van mij, twee diploma’s halen en dan thuisblijven voor je kinderen, maar ik vind niet dat de maatschappij daarvoor moet opdraaien. Bovendien vraag ik me af of je je beslissing binnen een jaar of tien, vijftien niet zal beklagen. Als je zo lang uit roulatie bent geweest, wordt het moeilijk om opnieuw te beginnen. Charlotte is allesbehalve afhankelijk. We blijven allebei voltijds werken en doen evenveel in het huishouden. Ik doe de boodschappen en kook meestal. Zij strijkt de hemden, ik de onderbroeken. Zij stopt de was in de machine, ik hang hem op. Ik ben absoluut voor gelijkwaardigheid voor mannen en vrouwen, op het werk en thuis. Of ík onder de sloef lig? (Droog) Ik denk dat wij een evenwichtige relatie hebben. En bestaat er niet zo’n gezegde? Een man die ontkent dat hij onder de sloef ligt, heeft thuis eigenlijk écht niets te zeggen (lacht).”
“Maar ook al zijn vrouwen economisch onafhankelijk, zie je op café soms vrouwen die het fantastisch vinden om geen euro op zak te hebben en een hele avond gratis te drinken – misschien is dat wel een voordeel van vrouw zijn. Als je als man op café gaat zonder geld, zit je niet lang op café. En er bestaat nog zoiets als een rollenspel tussen mannen en vrouwen: de man speelt de verleider en de vrouw doet alsof ze ‘afhankelijk’ is: ook al kan ze voor zichzelf betalen, toch betaalt hij de rekening op restaurant. Je weet allebei dat het een rollenspel is, maar zo’n traditie heeft ook zijn charmes.”
“Het idee dat mannen en vrouwen gelijkwaardig zijn, heb ik van thuis. Mijn bobonne heeft na het overlijden van mijn opa op zijn 48ste het transportbedrijf verdergezet. Noodgedwongen, maar ze deed het. Ook mijn moeder heeft altijd voltijds gewerkt. Ik ben altijd omringd geweest door sterke vrouwen en ben zelf nooit op huisvrouwtypes ben gevallen. Ik kan me niet inbeelden dat Jack later thuiskomt met een heel traditionele vrouw of een leeghoofdige Barbie. Ik zie ons al zitten aan het jaarlijkse Nieuwjaardiner met een trezebees tegen wie je niets tegen kan zeggen. Dan zou mijn opvoeding niet helemaal geslaagd zijn. Ik hoop dat hij thuiskomt met een intelligente vrouw die hij bovenal graag ziet.”
Jean-Jacques De Gucht (º 9 december, 1983) is Vlaams parlementslid voor de Open VLD. Hij is getrouwd met Charlotte en papa van Jack (1,5 jaar).
[Dit artikel verscheen eerder in NINA, het weekendmagazine van Het Laatste Nieuws.]